Als je het doet, doe het dan meteen goed:
-bougies+kabels
-verdelerkap+rotor
-puntjes+condensator
En dan meteen goed afstellen:
Misschien is de volgende info je reeds bekend, maar wie weet, heeft iemand er iets aan:
De volgorde:
-eerst stel je de contacthoek af; een ietswat verwarrende term.
Draai de motor zover rond dat het hamertje van het contactpuntje maximaal opgetild is.
Verdraai de grondplaat van het vaste contactpunt nu zover, dat de opening 0,4 mm. breed is.
Is deze opening groter dan zullen bij draaiende motor de puntjes langer openstaan (grote contacthoek, meer dan 50 graden), en is deze afstand kleiner dan staan de puntjes korter open (kleine contacthoek, minder dan 50 graden)
Bij maximale opening is de afstand tussen de puntjes nu 0,4 mm.
Nu stel je de ontsteking af; je bepaalt het tijdstip waarop de vonk ontstaat.
Er ontstaat een vonk als bij draaiende motor de puntjes zich openen.
Het is dus van belang, dat de puntjes op het juiste moment van elkaar gaan en wel als de zuiger zich in het bovenste dode punt bevindt.
Dit punt bepaal je door de markering op het V-snaarwiel en de markering op het distributiedeksel precies op elkaar te zetten; dan staat de zuiger in het bovenste dode punt.
Wijst de rotor dan ook nog schuin rechts naar voren dan heb je het BDP van cilinder 1.
Op dat moment moeten bij draaiende motor de contactpuntjes openen.
Dit kun je bij stilstaande motor controleren/instellen m.b.v. een 12V proeflampje.
Één pool van het lampje sluit je aan op bobinecontact nr.1 (de - pool van de bobine, hoort groen te zijn, de bestaande verbinding moet ook gewoon blijven, dus bij elkaar op zetten) en het andere contact ergens aan de massa.
Zet de motor op contact (niet starten), draai de klemband onder aan de voet van de verdeler iets los (lastig bij te komen, 13 mm. ring of steek).
Nu kun je het hele verdelerhuis in het motorblok verdraaien, en door dit verdraaien be?nvloed je het moment van openen van de puntjes.
Verdraai het hele huis nu zodanig, dat je bij voorzichtig heen en weer draaien het proeflampje aan en uit ziet gaan.
Dit is het moment van openen.
Draai de klembeugel van het verdelerhuis weer vast.
Over contact hoek:
met de voelermaat meet je de grootte (in mm.) van de opening tussen de contactpunten bij maximale oplichting door de nok op de as. Deze moet dus 0,4 mm.
Electronisch kun je deze opening ook meten , maar dan in graden.
De as draait rond (1x=360 graden).
De nok tilt de hamer op; heb je de puntjes precies op 0,4 mm. gesteld, dan draait de as precies 50 graden rond tussen het tijdstip van openen tot sluiten.
Heb je een te grote opening ingesteld, dan duurt het langer voor de puntjes weer sluiten en dan draait in die langere tijd de as dus verder rond over een groter aantal graden. Dan is de contacthoek dus groter dan 50 graden, en bij een kleinere opening dus minder dan 50 graden.
Hoogste punt=puntjes maximaal open=0,4 mm. als dat precies zo is, dan moet de contacthoek dus goed zijn.
Nu V-snaarwiel markering en distributiedekselmarkering op elkaar zetten.
Waar wijst de rotor dan heen? Als het goed is zie blauwe pijl.
De rotor op deze foto wijst naar positie cilinder 4.

Wijst de rotor naar de pijl, dan staat hij op het BDP van cilinder 1.
Wijst hij precies de andere kant op (als op de foto), dan het V-snaarwiel 1x ronddraaien.
Nu de motor niet meer verdraaien, maar het verdelerhuis verdraaien tot de puntjes net willen openen(lampje gaat branden).
Het afstellen met een stroboscoop is natuurlijk helemaal ideaal.
_________________